Medische Encyclopedie
Inhoud
- Wat doet ritonavir en waarbij gebruik ik het?
- Wat zijn mogelijke bijwerkingen?
- Mag ik ritonavir gebruiken met andere medicijnen?
- Kan ik met dit medicijn autorijden, alcohol drinken en alles eten of drinken?
- Mag ik dit medicijn gebruiken als ik zwanger ben, wil worden of borstvoeding geef?
- Hoe gebruik ik dit medicijn?
ritonavir
Ritonavir is een virusremmer. Het remt de groei van het virus dat hiv veroorzaakt.
Artsen schrijven het voor bij hiv en aids.
Wat doet ritonavir en waarbij gebruik ik het?
Hiv
Oorzaak
Hiv is een virusinfectie die de witte bloedcellen aantast. Deze bloedcellen zijn nodig voor de afweer tegen infecties. Hoe meer virussen er komen, hoe meer de afweer achteruitgaat
Infecties met hiv krijgt men door contact met besmet bloed, sperma, vaginavocht of moedermelk.
Verschijnselen
Mensen die besmet raken met hiv krijgen meestal binnen enkele dagen tot weken klachten die lijken op een flinke griep. Deze gaan vanzelf weer over.
Pas twee tot elf jaar later ontstaan ernstige klachten, zoals lymfeklierzwellingen, moeheid, koorts en gewichtsverlies. In de tussenliggende periode zijn er geen klachten, maar is het virus wel aanwezig en kan het virus doorgegeven worden aan anderen. Deze mensen worden hiv-positief of sero-positief genoemd. Later kunnen er infecties ontstaan die bij gezonde mensen niet voorkomen. De ziekte noemt men dan aids. Nog later kunnen er tumoren en vormen van kanker ontstaan.
Werking
Het virus dat hiv veroorzaakt stimuleert onze lichaamscellen om nieuwe hiv-virussen aan te maken. Deze virussen kunnen weer andere gezonde cellen aantasten. Daarvoor is het enzym protease nodig. Ritonavir remt dit enzym en voorkomt zo dat nieuwe virussen worden gemaakt. Ritonavir kan het virus niet volledig laten verdwijnen. Wel kan het de hoeveelheid virus in het bloed drastisch verlagen. Hierdoor neemt het aantal witte bloedcellen toe en komt de afweer weer op peil. Omdat het virus snel geneigd is ongevoelig (resistent) te worden, kan het alleen in combinatie met andere hiv-remmers worden toegepast.
Behandeling
Hiv-positieve mensen starten in het algemeen met de behandeling als ze klachten krijgen of als de hoeveelheid witte bloedcellen beneden een bepaald minimum komt. Gebruikelijk is daarvoor een combinatie van minimaal drie medicijnen te kiezen. Mocht deze combinatie onvoldoende effectief worden, dan kan men overschakelen op een combinatie van drie niet eerder gebruikte medicijnen, waarvoor het virus nog wel gevoelig is.
De behandeling noemt men geslaagd, als:
- de klachten verminderen;
- de afweer toeneemt;
- de hoeveelheid virus in het bloed binnen een half jaar niet meer is te meten;
- de bijwerkingen van de hiv-remmers geen al te grote inbreuk op de kwaliteit van leven hebben.
Wat zijn mogelijke bijwerkingen?
Behalve het gewenste effect kan dit medicijn bijwerkingen geven.
Ritonavir wordt vaak in een lage dosis toegevoegd aan andere hiv-remmers om de werking van deze medicijnen te verbeteren. De bijwerkingen die hieronder staan vermeld, zijn gebaseerd op het gebruik van de normale dosis ritonavir. In een lage dosis gebruikt zullen de bijwerkingen minder vaak voorkomen dan hieronder vermeld.
De belangrijkste bijwerkingen zijn de volgende:
Soms (bij 10 tot 30 op de 100 mensen)
Maagdarmklachten, zoals misselijkheid, braken, buikpijn, verminderde eetlust, winderigheid, diarree en zuurbranden.
Hoofdpijn en duizeligheid.
Tinteling of doof gevoel rond de mond, droge mond, smaakstoornissen en zweertjes in de mond.
Keelpijn, keelontsteking, hoesten.
Huiduitslag met rode vlekken, galbulten of jeuk, zelden acne.
In zeer zeldzame gevallen kan een ernstiger huidaandoening ontstaan met blaarvorming of koorts. Waarschuw daarom uw arts als u huiduitslag bemerkt (zie 'Overgevoeligheid').
Spierpijn en gewrichtspijn.
In zeer zeldzame gevallen kan dit medicijn de spieren aantasten, waardoor ook een nieraandoening kan ontstaan. Neem bij onverklaarbare spierpijn contact op met uw arts. Raadpleeg ook uw arts als uw gewrichten pijnlijk of stijf worden, of als u ze moeilijk kunt bewegen.
Zenuwbeschadiging, te merken aan een doof of tintelend gevoel van de huid.
Raadpleeg uw arts als u dit merkt.
Zelden (bij 1 tot 10 op de 100 mensen)
Tekorten aan bepaalde bloedcellen. Waarschuw uw arts bij een of meer van de volgende verschijnselen: onverklaarbare blauwe plekken, extreme vermoeidheid, keelpijn met koorts en blaren in de keel of neusbloedingen. Patiënten met een verhoogde bloedingsneiging (hemofiliepatienten) kunnen eerder bloedingen krijgen.
Om deze klachten te voorkomen zal uw arts regelmatig uw bloed controleren.
Grieperig, zwak gevoel, soms met koorts en vermoeidheid.
Als u aanleg voor jicht heeft, kunt u eerder last krijgen van een jichtaanval.
Dit komt omdat dit medicijn het urinezuurgehalte in het bloed laten stijgen. Hierdoor ontstaan urinezuurkristallen in gewrichten, wat jicht tot gevolg heeft.
Bij mensen die daarvoor gevoelig zijn, kunnen verschijnselen van diabetes (suikerziekte) ontstaan. Zij merken dit doordat zij veel dorst krijgen en veel moeten plassen. Mensen met diabetes kunnen tijdens de behandeling meer insuline of glucoseverlagers nodig hebben.
Meet extra vaak uw bloedglucose.
Psychische klachten, zoals slapeloosheid, angst of verwarring.
Raadpleeg uw arts als u deze klachten bemerkt.
Hartritmestoornissen. U merkt dit soms alleen aan plotselinge duizelingen of als u even wegraakt. Vooral mensen met de hartritmestoornis verlengd QT-interval hebben hier meer kans op. Raadpleeg uw arts bij pijn op de borst.
Gebruik dit medicijn niet als u deze hartritmestoornis heeft. Zeer zelden kan ook een hartaanval ontstaan.
Hart- en vaataandoeningen, zoals hoge bloeddruk en vasthouden van vocht (oedeem). Raadpleeg uw arts bij pijn op de borst, uitvalsverschijnselen zoals een hangende mond of niet meer kunnen bewegen van bepaalde lichaamsdelen.
Zeer zelden kan ook een hartaanval of beroerte ontstaan.
Bij vrouwen: menstruatiestoornissen, zoals meer bloedverlies tijdens de menstruatie.
Raadpleeg uw arts als u hier last van heeft.
Aandoening van blaas of nieren. U merkt dat aan vaak kleine beetjes plassen.
In zeer zeldzame gevallen ontstaat een plotselinge verslechtering van de nierwerking. Dit merkt u aan slecht of niet kunnen plassen of juist heel veel plassen, troebele urine, vocht vasthouden, koorts of ernstige jeuk. Waarschuw in deze gevallen de arts.
Leveraandoeningen of een ontsteking van de alvleesklier. Bij pijn in de bovenbuik, een gele verkleuring van de ogen, ontkleurde ontlasting of zeer donkere urine moet u de arts waarschuwen.
Mensen die al een leveraandoening hebben, moeten extra goed worden gecontroleerd.
Overgevoeligheid voor dit medicijn. Dit merkt u aan huiduitslag, galbulten en jeuk.
Een heel enkele keer ontstaat een ernstige overgevoeligheid. Dit is te merken aan blaarvorming op de huid, in de mond of op de geslachtsdelen, zwelling in het gezicht, ontstoken ogen of koorts. Waarschuw altijd een arts zodra u huiduitslag of koorts bemerkt. Ga bij ernstige verschijnselen direct naar een arts of Eerste Hulpdienst.
Als u overgevoelig blijkt te zijn, mag u dit medicijn in de toekomst niet meer gebruiken. Geef aan de apotheker door dat u overgevoelig bent voor ritonavir. Het apotheekteam kan er dan op letten dat u dit medicijn niet opnieuw krijgt.
Heeft u last van een bijwerking? Meld dit dan bij het bijwerkingencentrum lareb. Hier worden alle meldingen over bijwerkingen van medicijnen in Nederland verzameld. Ik wil een bijwerking melden
Uitleg frequenties
Regelmatig : bij meer dan 30 op de 100 mensen
Soms : bij 10 tot 30 op de 100 mensen
Zelden : bij 1 tot 10 op de 100 mensen
Zeer zelden : bij minder dan 1 op de 100 mensen
Mag ik ritonavir gebruiken met andere medicijnen?
Ritonavir heeft met veel andere medicijnen wisselwerkingen. Het remt de afbraak van veel medicijnen in het lichaam, waardoor deze medicijnen meer bijwerkingen kunnen hebben. Ook kunnen veel medicijnen de werking van ritonavir verminderen, waardoor de werkzaamheid afneemt en het virus aanwezig blijft.
Vraag aan uw apotheker om welke medicijnen dit gaat. Uw arts en apotheker controleren of u ritonavir veilig kunt gebruiken naast uw andere medicijnen. Zorg er daarom voor dat uw arts en apotheker op de hoogte zijn van alle medicijnen die u gebruikt. Ook de medicijnen die u zonder recept koopt.
Ook kan uw apotheker u precies vertellen hoeveel tijd er tussen de verschillende medicijnen moet zijn en voor u een innameschema maken. Wordt het innameschema in uw situatie te lastig, overleg dan met uw arts. Misschien kan deze één van de medicijnen vervangen door een medicijn dat u wel samen mag gebruiken.
Kan ik met dit medicijn autorijden, alcohol drinken en alles eten of drinken?
autorijden en alles eten?
Bij dit medicijn zijn hiervoor geen beperkingen.
alcohol drinken?
Te veel alcohol is niet goed voor de lever. Ritonavir geeft in zeldzame gevallen leverafwijkingen. Drink geen alcohol of hooguit 1 glas per dag en drink in ieder geval 2 dagen per week niet.
Mag ik dit medicijn gebruiken als ik zwanger ben, wil worden of borstvoeding geef?
Zwangerschap
Bent u zwanger of wilt u zwanger worden? Overleg hierover met uw arts. Tijdens de zwangerschap moet u hiv-middelen blijven gebruiken. Want tijdens de zwangerschap is het extra belangrijk dat de hoeveelheid virus in uw bloed erg laag is. Dit verkleint namelijk het risico dat de baby besmet raakt met hiv.
Borstvoeding
Geef GEEN borstvoeding als u hiv heeft. Het virus kan namelijk via de moedermelk de baby kan besmetten. Overleg hierover met uw arts.
Hoe gebruik ik dit medicijn?
Kijk voor de juiste dosering altijd op het etiket van de apotheek.
Hoe?
- Tabletten en capsules: innemen met een half glas water.
- Drank: u mag de ritonavir drank mengen met chocolademelk om de bittere smaak wat te verminderen.
- Poeder voor drank: zuig 9,4 ml water of chocolademelk op met de meegeleverde doseerspuit. Spuit de vloeistof in de meegeleverde mengbeker. Gooi de inhoud van het zakje in de mengbeker en draai het deksel stevig aan. Schud de mengbeker minstens 90 seconden, tot alle klontjes verdwenen zijn. Laat de drank 10 minuten staan voordat u deze inneemt. Eventueel kunt u de inhoud van een zakje ook innemen met zacht voedsel zoals appelmoes of vanillevla. Eet al het voedsel binnen 2 uur op.
Wanneer?
Tijdens het eten of met wat voedsel innemen. Het voedsel zorgt voor een betere opname van het medicijn in het lichaam. Bovendien heeft u dan minder last van misselijkheid.
U gebruikt dit medicijn 2 keer per dag
Kies vaste tijdstippen met 12 uur ertussen, bijvoorbeeld tijdens het ontbijt om 07.00 uur en tijdens het avondeten om 19.00 uur.
Slikschema: u gebruikt dit medicijn meestal in combinatie met andere hiv-remmers. Het is belangrijk een duidelijk slikschema te vragen, zodat u weet wanneer u welke medicijnen moet gebruiken.
Hoe lang?
Meestal gebruikt men hiv-remmers jaren achtereen, omdat het virus nooit volledig is uit te bannen.